Onderzoek: digitaal mediagebruik kinderen

Foto: media.gebruik.kinderen

Ruim vier op de vijf ouders maakt afspraken met hun kinderen rondom digitaal mediagebruik. Bij deze afspraken blijken jongens minder restricties te krijgen dan meisjes.

Tegelijkertijd merken ouders van jongens eerder negatieve gevolgen op van digitaal mediagebruik, zoals verslaving, agressiviteit en irritatie. Dit blijkt uit het onderzoek dat Prijsvergelijken.nl uitvoerde in samenwerking met marktonderzoeksbureau Markteffect onder ouders in Nederland met kinderen van zes tot twaalf jaar.

Meisjes houden zich vaker aan afspraken

Ouders hebben het moeilijk met het trekken van een rechte lijn wanneer het gaat om digitaal mediagebruik bij hun kinderen. Zo laat het onderzoek zien dat jongens (22 procent) vaker een eigen laptop of computer krijgen dan meisjes (17 procent). Niet alleen zijn jongens vaker in het bezit van een eigen device; ze spenderen ook meer tijd achter het scherm. “Uit het onderzoek is gebleken dat kinderen dagelijks gemiddeld één tot twee uur gebruik maken van digitale media. Opvallend is dat vooral ouders van jongens aangeven dat hun kind meer dan twee uur per dag gebruik maakt van digitale media,” aldus Suzanne Schuitemaker, content manager bij Prijsvergelijken. Hier ontstaat een opmerkelijke situatie: ouders van meisjes (33 procent) geven vaker aan dat hun kind zich aan de afspraken houdt dan ouders van jongens (23 procent). Blijkbaar buiten jongens de voordelen en vrijheid die ze van hun ouders krijgen uit.

Negatieve gevolgen

Dat jongens zich minder aan de afspraken houden heeft duidelijk consequenties; ouders zien namelijk vaker een (computer)verslaving ontstaan bij jongens (37 procent) dan bij meisjes (29 procent). Ook herkennen ze bij jongens vaker agressie of irritatie. Voor meisjes geldt dat vooral onzekerheid wordt aangegeven als negatief gevolg van digitaal mediagebruik. Eén op de vijf ouders geeft aan negatieve gevolgen te zien bij hun kind, waarvan meer moeders (24 procent) dan vaders (17 procent). Toch ziet ruim driekwart van de ouders overwegend positieve gevolgen van digitale media bij hun kinderen, waaronder online plezier, meegaan in digitale ontwikkelingen en ontspanning.

Grens bepalen

In de praktijk blijkt het maken van afspraken met hun kinderen voor ouders niet zo makkelijk te zijn. “Kinderen moeten digitaal werk doen voor school, maar ze mogen digitaal dingen doen in hun vrije tijd. Dat maakt afspraken maken moeilijker,” aldus Denise Bontje, gespecialiseerd op het gebied van mediaopvoeding, taalontwikkeling en spel. Het is dus moeilijk te bepalen waar je een grens trekt; wanneer is de schermtijd teveel?
Veel ouders vinden het lastig om de ideale balans te vinden. Toch maken zij afspraken met hun kind over het mediagebruik. Een kwart van de ouders geeft aan dat hun kind zich altijd aan de afspraken houdt. Toch blijkt ook dat er veel gevallen zijn van kinderen die zich niet aan de afspraken houden. Dan gaat het om stiekem langer gebruik maken van digitale media en het kijken van filmpjes of het doen van spelletjes die eigenlijk niet zijn toegestaan.

Meer dan alleen afspraken

Driekwart van de ouders onderneemt actie wanneer ze negatieve gevolgen van digitaal schermgebruik bij hun kind ontdekken. Dit doen ze onder andere door de schermtijd te beperken, het apparaat af te pakken of door een gesprek aan te gaan. Ook zijn er ouders die helemaal geen actie ondernemen omdat ze niet weten hoe ze dit moeten aanpakken. Voor deze ouders heeft Bontje advies: “Het gaat om meer dan alleen afspraken maken. De grootste uitdaging zit hem in het af en toe samen dingen doen, in plaats van je kinderen wegzetten en je eigen ding gaan doen. Dat is erg belangrijk.”

Verantwoording onderzoek

Het onderzoek werd tussen 10 en 22 maart 2020 uitgevoerd door Markteffect in opdracht van Prijsvergelijken. De doelgroep bestaat uit ouders van kinderen tussen de zes en twaalf jaar oud. In totaal hebben 1.020 ouders meegedaan aan het onderzoek. Op basis van de respons zijn de antwoorden met een zekerheid van 95 procent en een nauwkeurigheid van 3,1 procent te generaliseren naar de doelgroep. In de praktijk betekent dit dat wanneer een uitkomst uit het onderzoek 50 procent is, dit in werkelijkheid tussen 46,9 en 53,1 procent ligt.digitaal mediagebruik

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen