Koor Schola Cantorum Karolus Magnus in Dieren

Foto: www.geheugenvannederland.nl

DIEREN – Op zondag 26 februari zingt de Schola Cantorum Karolus Magnus uit Nijmegen, opgericht in 1988, onder leiding van dirigent Stan Hollaardt in de Emmaüskerk Dieren de Gregoriaanse gezangen van die zondag in de eucharistieviering van 9:30 uur. Pastoor Gerben Zweers gaat voor.

Na deze viering en het gebruikelijke koffiedrinken brengt de Schola vanaf 11:15 uur in de Emmaüskerk de Metten van Lebuïnus ten gehore. Aan het bijwonen van dit concert dat een klein uur duurt zijn geen kosten verbonden.

Na afloop is er gelegenheid om het boek ‘Lebuïnus herontdekt, een bezongen heilige’ (geschreven door twee leden van de Schola) in te zien en Cd’s van de Schola te kopen.

In het jaar 768 kwamen de benedictijner monniken Lebuïnus en Marchelmus vanuit Engeland naar hier. Zij kozen de oostelijke IJsseloever als uitvalsbasis voor hun bekeringsarbeid onder de heidense Saksen. Als prediker wist Lebuïnus de basis te leggen voor een nieuwe, christelijke cultuur in Deventer en wijde omgeving.

Na vijf jaar missioneringswerk overleed Lebuïnus op 12 november 773 in Deventer. In de Broederen kerk wordt zijn gebeente bewaard. De twaalfde november is nog altijd zijn feestdag.

Lang na zijn dood, in de twaalfde eeuw, was Lebuïnus het middelpunt in een getijdengebed dat speciaal voor de feestdag van de heilige was gecomponeerd. Onderdeel van dat getijdengebed zijn de matinee ofwel de metten – nachtelijke Gregoriaanse gezangen waarin de kloosterlingen het leven en de deugdzaamheid van Lebuïnus bezongen. Deze metten zijn terug te vinden in het Antiphonale van Utrecht, manuscript NL Uu-406.

Schola-dirigent Stan Hollaardt heeft vele uren gestoken in de zang klaar maken van alle gezangen (noten en teksten). De zestien scholazangers hebben onder zijn leiding vele uren besteed aan het instuderen.

Met name de responsoria zijn pittige stukken, maar vanwege hun muzikale schoonheid meer dan de moeite waard. Van alle getijdengebeden in de kloosters duren de metten het langst.

Ze bestaan uit drie nocturnes. Elke nocturne bestaat uit psalmen, antifonen, responsoria en lezingen. De metten beginnen met een openingsgezang (invitatorium) en een hymne en eindigen met het ‘Te Deum’.

SCHOLA CANTORUM KAROLUS MAGNUS

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen