‘Uw manuscript past niet binnen ons Fonds’

Foto: Sebastiaan Torenhof

COLUMN – Na het afhalen van mijn uitgeprinte manuscripten kon ik aan de slag. Ik had al een lijst gemaakt met de grootste uitgevers waarbij mijn boek zou passen, het heeft natuurlijk weinig nut om een uitgever van kinderboeken te benaderen. Het leek me slim om meteen hoog in te zetten, want grote uitgevers hebben de beste promotiemiddelen tot hun beschikking en kunnen mijn boek dus het beste aan de man brengen, leek mij.

Terugkijkend was deze redenering misschien niet zo slim, want grote uitgevers zijn natuurlijk enorme bedrijven waar massa’s manuscripten binnen komen en waar de individuele aandacht minder groot, en minder persoonlijk, kan zijn dan bij kleinere uitgevers.

Zo koos ik dus tien uitgevers uit, waarvan de helft de manuscripten (gelukkig) digitaal wilde ontvangen. Ik schreef bij elke uitgever de gewenste synopsis, soms twee A4’tjes, soms vijf, een biografie, begeleidende brief, en gooide alles op de mail of in een enveloppe. (Wederom vijf keer vier euro verzendkosten, maar wederom ik vond het de investering waard.) Het voelde raar om mijn boek officieel de wereld in te sturen, vanaf het moment dat ik die eerste mail verstuurde was het ‘out of my hands’ en kon ik niets meer veranderen of aanpassen. Het voelde een beetje alsof ik naakt mijn huis uit liep en de deur achter me in het slot liet vallen.

Toen kon het wachten beginnen. De verschillende websites hadden mij al verteld dat een reactie gemiddeld zo’n drie maanden op zich zou laten wachten, en dat er geen feedback zou worden gegeven. Maanden gingen voorbij, en ik begon langzaam aan flink ongeduldig te worden. Maar na maanden begonnen de eerste mails eindelijk binnen te komen.

Afwijzing, en nog een… ‘Bedankt dat u voor onze uitgeverij hebt gekozen, maar uw manuscript past niet binnen ons fonds’.

Ik had natuurlijk rekening gehouden met afwijzingen, maar toch zorgde elke mail en brief voor een gevoel van mislukking, alsof mijn verhaal, en dus ook ik, op de een of andere manier niet goed genoeg waren. En zo zag ik mijn carrière als schrijver weer een stukje verder het moeras in zakken. Maar gelukkig wist ik deze negatieve gevoelens na een dagje van neerslachtigheid een plek te geven en te blijven geloven in mijn verhaal. En in mezelf.

Het duurde uiteindelijk bijna vijf maanden voordat de laatste uitgever iets van zich liet horen, en dat alleen na een mail van mijn kant. Dit was meteen ook de grootste teleurstelling, omdat het dus de ‘laatste kans’ was en omdat deze uitgeverij me het beste leek passen bij mijn boek.

En zo waren alle manuscripten weer terug in huis, en moest ik tien afwijzingen zien te accepteren. Dit was toch even moeilijk, ik ben iemand die slecht met teleurstellingen kan omgaan en ook de neiging heeft dat soort dingen als een persoonlijke afwijzing te zien.

Maar één mail van een uitgevers bevatte echter naast het inmiddels bekende zinnetje ‘past niet binnen ons fonds’ de Persoonlijke noot: ‘Ik leef mee met alles wat je overkomen is en wens je veel sterkte en geluk toe in de toekomst.’ Dat deed me goed en liet me wel zien dat mijn manuscript ook echt gelezen was en ook iets had los gemaakt bij die lezer.

Maar helaas, bracht dit alles me geen stap dichterbij mijn doel van publicatie. Hoe nu verder? Dat leest u in mijn volgende column.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen