Het is eind oktober. Ondanks dat het blad aan de meeste bomen pas net begint te verkleuren en je nog heerlijk zonder jas buiten kunt wandelen, is het toch echt al herfst. De paddenstoelen schieten massaal uit de grond en wintergasten als kolganzen, koperwieken en kramsvogels druppelen langzaam binnen.
Ook worden de dagen snel korter. Waar de herfst in veel opzichten een aanloop naar de
winter is, is dit voor bosuilen juist het moment om zich op te maken voor het nieuwe broedseizoen!
Terug op het nest
Met een stand van circa 5000 broedparen is de bosuil de meest voorkomende uil van Nederland. Ook in Gelderland is de soort volop aanwezig. Zoals de naam al doet vermoeden, leeft de bosuil voornamelijk in onze bossen. Maar ook in parken, groene woonwijken en op boerenerven voelt hij zich thuis. Voorwaarde is de aanwezigheid van een geschikte broed- en slaapplaatsen. Van nature gebruiken bosuilen hier holtes in oude bomen voor, maar ook speciale nestkasten zijn in trek. Een enkele keer wordt zelfs een oude schoorsteen gebruikt. In de herfst worden de jongen van het afgelopen jaar uit het territorium verdreven en zijn de oudervogels, die doorgaans hun hele leven bij elkaar blijven, weer steevast op hun vaste broedplek te vinden. Bosuilen zijn in dit opzicht dan ook vroege vogels: er wordt gepaard in de winter en het is geen uitzondering dat het vrouwtje in januari of februari al eieren legt!
Bekende roep
Ook al komen ze in onze provincie veel voor, het is niet vanzelfsprekend deze mysterieuze vogel te zien. Wel zullen veel mensen er al eens één gehoord hebben. Misschien zelfs onbewust; het kenmerkende " hoe… hoe-hoe-hoe-hoeeee… " van het mannetje en het luide " ke-wik " van het vrouwtje worden namelijk vaak gebruikt als achtergrondgeluid in spannende filmscènes. Vooral in de herfst en het begin van de winter laten bosuilen zich volop horen. Zo bakenen ze hun territorium af.
Zelf op zoek
De komende maanden zal de roep van de bosuil op veel bosrijke plekken te horen zijn. De piektijd is vaak rond 23.00 uur, maar het kan ook zeker eerder of (veel) later. Het zien van een bosuil is lastiger. In tegenstelling tot bijvoorbeeld de rans- steen- en velduil, is de bosuil uitsluitend ’s nachts actief. De uil jaagt dan met name op kleine zoogdieren en vogels. Overdag rusten ze uit op een onopvallende plaats.
Tijdens een boswandeling kan het afspeuren van boomholten lonen, maar een beetje hulp kan geen kwaad. Let daarom op luidruchtige gaaien, mezen, merels of andere zangvogels. Zij willen de rust van een bosuil nog weleens verstoren!
Bron: Ine Haanappel https://www.glk.nl/natuur-in-beeld/baltsende-bosuilen